Getuigenis Marciano Carrilho
Ik ben van huis uit tot een jaar of acht niet opgegroeid met het geloof. Sterker nog, ik had ik eigenlijk helemaal niets met het geloof.
Ik wilde als klein kind heel graag wetenschapper worden en had voor mezelf al vroeg resoluut besloten dat er niets buiten de ‘fysieke’ wereld was.
Ik had als kind een niet al te makkelijke tijd. Ik was opstandig, koppig, hoogbegaafd en had een kort lontje.
Dit zorgde er vaak voor dat ik me onbegrepen en alleen voelde.
Op school had ik vaak ruzie met de leraren, omdat ik weigerde zomaar aan te nemen wat zij zeiden; “ja maar” waren mijn favoriete woorden.
Ook kon ik niet goed omgaan met mijn gevoelens. Ik was vaak zo overweldigd door gebeurtenissen om mij heen, waar ik soms wel en soms niet iets aan kon doen, dat de emoties en de frustraties mij onhandelbaar maakte. Dit zorgde er uiteindelijk voor dat ik mijn gevoelens afsloot voor mijzelf en de buitenwereld. Ik maakte voor mezelf het masker van een grappenmaker en een rebel.
Door mijn gedrag, mijn vrienden en mijn thuissituatie ging het op school op een gegeven moment zo slecht, dat de school mijn ouders en mij aanraadde om mij naar het Altra college te sturen: -een school voor speciaal onderwijs – een plek voor de moeilijke kinderen eigenlijk.
Om te ontsnappen uit deze realiteit -de realiteit van de situatie waar ik me op dat moment in bevond- was ik begonnen met gamen. Dag in dag uit gamen.
Ik wilde niet meer te maken hebben met de negativiteit van deze wereld.
Ik hield me liever bezig in de wereld waar het allemaal even niet aanwezig was.
Een wereld waar ik mezelf verloor in het verhaal van een ander. Zo begon mijn verslaving, als een weg uit mijn problemen.
De laatste twee jaar van mijn basisschool heb ik ontzettend mijn best gedaan om mezelf zo sociaal gewenst mogelijk te gedragen.
Iets wat bijna ondragelijk zwaar was voor mij. “Maar” hield ik mijzelf voor “het moet zodat ik op de universiteit kan komen en geld kan verdienen met een goeie baan.”
Zo begon het volgende probleem: ik verloor mij in een ‘ik’ die ik niet was en ook niet kon zijn, hoeveel ik er ook naar streefde.
Dat was ook de tijd dat ik geïntroduceerd werd met de wereld van pornografie, het effect van het hebben van vrienden die een heel stuk ouder dan jij zijn en van de Nederlandse tv-programma’s na middernacht. Zo struikelde ik in de volgende verslaving.
Uiteindelijk was het dan zover, ik had het gehaald. De basisschooltijd zat er op en het was tijd voor mij om naar het VWO+ te gaan, tegen alle verwachtingen van mijn leraren, mijn ouders en mijzelf in.
Op de middelbare dacht ik een nieuwe kans te hebben. Een kans om opnieuw te beginnen zonder invloed van gebeurtenissen uit het verleden en een kans om te bewijzen dat ik, datgene waarvan de mensen om mij heen altijd zeiden dat ik het niet kon, wel degelijk kon en dat met gemak.
De eerste jaren op de middelbare gingen mij makkelijk af. Ik hield het vol om me sociaal gewenst te gedragen, de stof was makkelijk om te leren en ook zonder leren ging het mij makkelijk af. Dit zorgde ervoor dat ik verder verstrikt raakte in mijn verslavingen om mijn dagen mee te vullen.
Ook was deze nieuwe start één van de redenen dat ik nog verder veranderde in een soort sociale kameleon; altijd erop uit om populair en geliefd te zijn. Ik verloor mijn identiteit in een zee van meningen en idealen van andere mensen.
Wat doe jij als je op een geven moment merkt dat je leven bepaalt wordt door meningen en idealen van anderen en verslavingen? Ik had een verandering nodig in mijn leven. Een werkelijke nieuwe kans en mijn echte identiteit. Want het juk dat op mijn schouders lag, van alles wat ik tot dan toe had meegemaakt, liet mij niets anders dan de zinloosheid van het leven hier op aarde zien.
Toen ik op een dag zat ik te gamen op mijn laptop -één van de spellen waar ik zeer verslaafd aan was-. Het was een uur of twee in de middag en ineens hoorde ik een stem in m’n kamer en die stem zei: “Marciano, je hebt Jezus nog niet in je hart geaccepteerd”.
Daar zit je dan, als jonge tiener die het geloof voor zichzelf afgezworen had. Ik hield mij voor dat laatste niet te hebben gehoord en dat het mijn overbuurjongen was die mij riep.
Ik stond op en liep naar het raam, hing mijn hoofd uit het raam en keek de straat in. Ergens had ik het al verwacht en die verwachting werd bevestigd.
Mijn overbuurjongen stond er niet en had mij ook niet geroepen. Daar sta je dan met je mond vol tanden en een hoofd vol gedachtes.
Toen dacht ik nog: “Nou, misschien is het m’n moeder die me riep.”
Ik liep de net wat krakende houten trap af en schudde de rondvliegende gedachtes uit mijn hoofd. Eenmaal beneden werd het al vrij snel duidelijk. Het was mijn moeder niet. Sterker nog, die was op dat moment niet eens thuis.
Al snel kwamen de gedachtes weer rondvliegen in mijn hoofd. “Wat is dit? Kan dit wel? Heb ik het wel echt gehoord?”
Ik liep de trap weer op. Deze keer een stuk langzamer en met elke trede probeerde ik alle gedachtes uit mijn hoofd te zetten.
Ik ging achter m’n laptop zitten en ging weer verder met het spel.
Na een uur of twee kwam mijn moeder terug van weggeweest, samen met een vrouw die ze pas ontmoet had.
Mijn moeder riep mij om naar beneden te komen zodat ik mij voor kon stellen aan deze mevrouw.
Dus ik na wat gedoe weer die trap af naar beneden en stel mezelf voor.
Na een tijdje te hebben gepraat met m’n moeder, begon de mevrouw met mij te praten en ze zei op een geven moment: “Weet je Marciano, ik heb het gevoel dat je Jezus nog niet in je hart hebt geaccepteerd.”
Ik was stomverbaasd. Weer die zin, weer die Jezus!
Precies datgene wat ik, toen ik op m’n kamer zat, had gehoord.
Ze legde mij toen uit dat het Jezus was, die zelf liet zien dat Hij bestaat en dat Hij betrokken wilde zijn bij mijn leven.
Ik vond het toen allemaal maar vreemd en zweverig, maar moest wel toegeven dat het heel bijzonder was gegaan allemaal.
Ik dacht “Tja, ook als wannabe wetenschapper moet ik toegeven dat het niet logisch is om God nu geen kans te geven.” De vrouw bood aan om voor me te bidden en ik gaf haar na enige twijfel toch toestemming.
Dit was het begin van een periode waarin veel veranderingen zouden zijn in mijn leven.
Niet veel later nadat ik de keuze had gemaakt om God een kans te geven, kwam een vriendin van mijn moeder in contact met een christelijke kerk in Zaandam: JerehSalem.
Ze werd uitgenodigd door een collega van haar om te komen bij de feestelijke heropening van het gebouw nadat ze dat verbouwd hadden.
We hadden in die tijd weinig geld en waren daardoor al een lange tijd nergens als gezin heen geweest, dus was het idee van gratis eten toch best interessant.
Daar gingen we dan als gezin, samen met die vriendin van mijn moeder, op weg naar JerehSalem.
Toen het adres -met enig zoeken- dan eindelijk in het zicht kwam, verbaasde ik mij over hoe het gebouw eruitzag.
Niet zoals ik gewend was voor een kerk of wat ik mij inbeeldde bij een kerkgebouw.
We werden met open armen ontvangen en raakten al snel in goede, diepgaande gesprekken met mensen van JerehSalem.
Na een tijdje kwam ik in gesprek met één van de jeugdleidsters, die blijkbaar bij mij in de stad woonde. Ze vroeg mij of ik een keer wilde komen naar de jeugddienst op vrijdagavond en bood aan mij op te halen en terug te brengen.
Dankzij haar aandringen ben ik uiteindelijk toch gegaan en leerde veel nieuwe dingen over wie God is en wat Hij voor ons gedaan heeft.
Zo begon mijn geloof te groeien en al snel had ik besloten gedoopt te worden, om echt die stap te zetten om mijn leven met God te leven.
Vanaf dat moment begon het ook steeds beter te gaan op school.
Mijn gedrag werd veel beter en de boosheid en frustraties vanuit het verleden begonnen te verdwijnen. In mijn gezin ging alles ook veel beter. We hadden een nieuwe Liefde ervaren, die ervoor zorgde dat wij geduldiger en liefdevoller werden.
Ik werd ook bevrijd van mijn verslavingen. Geen pornografie meer, geen gameverslaving meer en geen populariteitsverslaving meer.
Mijn moeder werd genezen van een ernstige nekhernia en van de schade van het scheuren van haar kniebanden door de kracht van gebed.
Ik kwam in een groep van mensen, waar werkelijk wat er in de Bijbel staat gebeurde in de levens van deze mensen. Een plek waar ik God echt leerde kennen.
Hieraan leerden wij de liefde kennen, dat Hij voor ons Zijn leven heeft gegeven. Ook wij moeten voor de broeders het leven geven.
1 Johannes 3:16
Nu heb ik besloten om mijn leven in te zetten voor God en voor de mensen die Hij op mijn pad zet, zoals Jezus ook Zijn leven heeft ingezet voor jou en mij.
Ga jij mee op deze wandeltocht met Jezus?